EuroQCI
De Europese Commissie is in 2021 gestart met het programma European Quantum Communication Infrastructure (EuroQCI) met als doel een communicatienetwerk op te zetten dat het territorium van de gehele Europese Unie bestrijkt.
25 EU-lidstaten werken samen met de Commissie en met het Europese Ruimtevaart Agentschap (ESA) aan dit programma dat volledig past binnen het Europese Global Secure and Resilient Connectivity Initiative en de Europese Cybersecurity Strategy.
Er zijn investeringen nodig in grensoverschrijdende netwerkverbindingen (via glasvezelverbindingen) en het ontwikkelen en bouwen van grondstations ten behoeve van satellietverbindingen. Een deel van de benodigde kostbare digitale infrastructuur wordt gefinancierd door de EU, waarbij lidstaten 50 procent zelf dienen te financieren.
In het kort
- Nederland heeft in quantumtechnologie een leidende positie opgebouwd met QuantumDeltaNL met de aangesloten kennisinstituten en partnerships met het bedrijfsleven.
- De EuroQCI is gericht op het bijdragen aan de veiligheid van onze informatie, systemen en vitale infrastructuren.
- Totale nationale cofinanciering bedraagt in totaal achttien miljoen euro over de periode 2022–2025.
- 2,9 miljoen euro ingezet op het Eagle-1-project van de ESA.
- Overige nationale middelen zullen in 2024 worden ingezet via een call binnen het Connecting Europe Facility (CEF)-programma.
Hoe werkt het?
NL heeft in quantumtechnologie een leidende positie opgebouwd met QuantumDeltaNL met de aangesloten kennisinstituten en partnerships met het bedrijfsleven. Deze technologie kan toegepast worden voor veilige datacommunicatie. Via het quantuminternet kunnen quantumcomputers en -sensoren informatie uitwisselen met behoud van quantum-eigenschappen en zonder dat deze quantuminformatie afgeluisterd kan worden. Quantumcommunicatie kan plaatsvinden door zowel glasvezel, en door de lucht onder meer via satellietcommunicatie.
Quantuminternet kan een bijdrage leveren aan de volgende generatie van onze digitale infrastructuur. Het gaat hierbij niet om een internet dat snel in het maatschappelijk domein beschikbaar zal zijn maar om een quantum infrastructuur, waarbij het Nederlandse netwerk in combinatie met het Europese netwerk bijdraagt aan de veiligheid van onze informatie, systemen en vitale infrastructuren. Hierop is het Europese programma EuroQCI ook gericht.
Nederlandse partijen kunnen aanspraak maken op de nationale cofinanciering ten behoeve van hun deelname aan EuroQCI projecten binnen de Connecting Europe Facility (CEF). De voorwaarden van deze CEF-call zullen in 2024 bekend worden gemaakt.
Zie ook
Connecting Europe Facility (CEF) Digital (rvo.nl)
Quantum communication infrastructure (EuroQCI) - European Commission (europa.eu)
Om welke bedragen gaat het?
Om als Nederland de Europese voorsprong in quantuminternet te behouden, en optimaal gebruik te maken van de kansen voor de Nederlandse industrie binnen het EuroQCI programma heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat achttien miljoen aan nationale cofinanciering ter beschikking.
Hiervan is inmiddels 2,9 miljoen euro ingezet als cofinanciering van het Eagle-1-project van de ESA. Binnen het Eagle-1 project wordt een Quantum Key Distribution (QKD) grondstation ontwikkeld door Nederlandse partijen. Dit grondstation past binnen de Nederlandse ambities op het gebied van optische communicatie via satellieten.
De overige nationale middelen zullen worden ingezet als cofinanciering van grensoverschrijdende EuroQCI projecten via een call binnen het Connecting Europe Facility (CEF)-programma die nog in 2024 wordt gepubliceerd.
Wie profiteren ervan?
Er is tot dusver alleen cofinanciering verstrekt aan Nederlandse partners ten behoeve van de ontwikkeling van een optisch grondstation binnen het Eagle-1-project van de ESA.
Voorbeelden van projecten
Wat heeft het opgeleverd?
De nationale cofinanciering ten behoeve van de deelname van Nederlandse partijen aan EuroQCI projecten zal er uiteindelijk aan bijdragen dat Nederland goed is aangesloten op de Europese infrastructuur voor quantuminternet, en dat Nederlandse partijen daar gebruik van kunnen maken.