Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR)

Het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) geeft adviezen aan de regering en het parlement voor de vermindering van de regeldruk als gevolg van voorgenomen wet- en regelgeving.

In het kort

  • Het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) heeft als kerntaak het toetsen van voorgenomen regelgeving op de gevolgen voor regeldruk.
  • Naast haar kerntaak kan ATR op verzoek van een of beide Kamers adviseren over regeldruk, decentrale overheden adviseren en adviseren over bestaande regelgeving.
  • Uit het Jaarverslag 2023 blijkt het percentage negatieve dicta (3 en 4) te zijn toegenomen naar bijna 60 procent van de formele adviezen die ATR jaarlijks uitbrengt. Het percentage positieve dicta (1 en 2) zijn in 2023 lager ten op zichte van 2022.

Hoe werkt het?

Een uitgangspunt bij het maken van beleid is dat dit nuttig en zo werkbaar mogelijk moet zijn voor burgers, bedrijven en professionals. Onderdeel hiervan is regeldruk. Nederland kent al geruime tijd het Adviescollege toetsing regeldruk dat beoordeelt of wetgeving het aangewezen instrument is en of de voorgenomen wetgeving niet onnodig belastend is. ATR heeft twee rollen met betrekking tot voorgenomen wetgeving:

  • Ministeries in een zeer vroege fase van het beleidsproces helpen bij het vormgeven van beleid dat zo ‘lastenluw’ mogelijk is.
  • Toetsen of de onderbouwing van de ontwerpregelgeving adequaat is en voldoende inzicht geeft in de mogelijke effecten voor de beoogde doelgroepen.

Na akkoord door het college verstuurt ATR het advies aan de bewindspersoon en aan het Ministerie van Economische Zaken (EZ, als coördinerend ministerie voor de aanpak van regeldruk). Indien van toepassing dient ATR het advies ook in via de internetconsultatie. Als het voorstel openbaar is/wordt, publiceert ATR het advies op de eigen website. Het advies bevat tevens een dictum 1, 2, 3 of 4.

Dictum-1 en -2 zijn positieve dicta. Dictum-3 en -4 zijn negatieve dicta. Dictum-1 betreft ‘indienen’ (geen aanpassingen nodig). Dictum-2 betreft ‘indienen nadat’ en vraagt om een nadere onderbouwing van het wetsvoorstel. Dictum-3 betreft ‘niet indienen, tenzij’ en er wordt gevraagd om een aanzienlijke verbetering ten aanzien van de onderbouwing. Een dictum-4 betreft ‘niet indienen’ en is daarmee het zwaarst. Het wetsvoorstel bevat dan fundamentele bezwaren en de onderbouwing moet op onderdelen aanzienlijk worden verbeterd.

Klik hier voor meer informatie over het ATR.

Wie profiteren ervan?

Omdat het ATR adviseert over regeldrukeffecten van voorgenomen wet- en regelgeving, draagt het ATR bij aan het verbeteren van de kwaliteit van wet en regelgeving van Nederland. Dit is specifiek gericht op regeldrukeffecten voor ondernemers, burgers en professionals.

Wat heeft het opgeleverd?

  • Uit het ATR-jaarverslag is gebleken dat Rijksbreed de scores op formele adviezen van ATR zijn verslechterd. Vooral een sterke groei van dicta-3 en vermindering dicta-2 is reden voor zorg.
  • Het aantal negatieve adviezen (dictum-3 en dictum-4) is groter dan het aantal positieve adviezen (dictum-1 en dictum-2).
  • De onderbouwing van de regelgeving waarover een formeel advies is uitgebracht, was volgens ATR in bijna 60 procent van de gevallen onvoldoende voor de wetgever om tot goed afgewogen besluitvorming te komen.
  • In het regeerprogramma is opgenomen dat ATR verplicht in een vroege fase bij de totstandkoming van nieuwe regelgeving wordt betrokken als de verwachting is dat de beoogde of voorgestelde maatregelen kunnen leiden tot substantiële regeldrukeffecten.